Er zijn al weer enkele dagen verstreken
sinds mijn laatste blog. Het voelt as een week, maar het is krap aan een halve.
Maar oké. Ik was blijven hangen bij het feit dat ik "les" mocht gaan
geven in het noviciaat als antwoord op mijn vraag of er iets voor mij te doen
was. Nog iets later kwam de vicaris - fr. Samson - langs (de gardiaan (fr.
Charles) is op vakantie en komt zondag thuis) dat hij wel even ging kijken:
misschien in de keuken, misschien de tuin. Nou weet iedereen die mij een beetje
kent dat dat laatste niet mijn hobby is... maar ik dacht, nou ja... voor een
weekje. De vicaris is helaas nog aan het zoeken. Ze hebben al moeite genoeg
klussen voor de novicen te verzinnen. Nou ja, mijn dagen zijn verre van saai
hier, dus als het niet lukt, dan niet. Ik ben in ieder geval meteen gestart te
verzinnen wat ik de novicen wilde vertellen (daarover meer bij morgen).
Die middag vroegen de novicen of ik meeging basketballen. O
ja, sport en ik. Mijn andere grote hobby naast tuinieren... niet dus. Maar,
vooruit met de geit. Even wat beweging is goed. Wat overigens niet handig was:
ze hadden me niet gezegd wie er in welk team zat. Maar vooruit. Ergens voelde
ik me wel de Michael Jordan. Qua lengte dan... ik ben zoveel langer dan de
novicen dat ik de bal veel eerder uit de lucht kon plukken. Hetzelfde gold voor
Michael; maar die gebruikte zijn lichaam voor mij nèt te fanatiek al
stormram... euh, Michael... vergeet niet dat jij als 38 jarige nu tegen 17
jarigen speelt??? Mijn team stond ontzettend achter, maar op eens was de wedstrijd
over en hadden we gewonnen. Oké... Indiase spelregels??? Of ben ik gewoon een domme, blonde Hollander? 😉
Daarna gingen we (naar me even opgefrist te hebben) zoals
afgesproken naar de boer, fr. Gerry, br. Michael en ik. Laat ik het zo zeggen Stanley (zoals hij heet)
heeft prima geboerd. Wat een prachtig huis! Zijn vrouw had wat lekkere hapjes
gemaakt. Nou ja, "wat"... een heleboel. Dus we hadden toch bijna een
avondmaaltijd... daarvoor had Stanley ons eigenlijk willen uitnodigen, maar
niet op dinsdag... dan moet hij naar de kerk: Antoniusdag... zelfs in deze St. Louisparish. Een andere dag was voor
Gerry helaas weer niet mogelijk, want hij zou woensdag na het middageten naar
het junioraatshuis gaan voor enkele dagen. Maar we hebben voor even gezellig
gepraat. Nou ja, vooral Gerry en Stanley. Af en toe wilden ze wel wat weten van
Michael of mij. Nou is mijn Engels verre van perfect, maar mijn antwoord kwam
er gewoon vlot en goed uit. Michael heeft toch veel meer moeite met het Engels
- hij is immers hier om het te leren - en voordat hij dan de vraag begrepen had
en een antwoord geformuleerd had... Ik bedoel dat niet gemeen of zo, maar het
belemmerd wel een beetje. Ik heb leuke en goede gesprekjes hier met de broeders
(ook en vooral de novicen) maar telkens als Michael erbij is, gaat hun aandacht
meer naar hem omdat dat meer tijd kost. En trouwens, de novicen nemen hem af en
toe flink in de zeik, maar goed (daarover een voorbeeldje bij overmorgen).
Toen wij terug waren was één van de novicen bezig de lampen
aan te doen. Hij kwam meteen op mij af voor een praatje. Op een gegeven moment
stond hij bijna op een neer te springen van enthousiasme toen hij mij vroeg of
ik wel wist hoe of hij heette. Eerlijk gezegd nee... ik heb een rijtje
gezichten en een rijtje namen en van nauwelijks een van de novicen heb ik de
naam gehoord. Mijn nee kon zijn enthousiasme niet drukken: 'bro. Peter - zo
noemen ze me ook hier - ik ben bro. Peter' Aha! Dus dit is mijn naamgenoot!
Leuk! Daarna was het tijd voor het avondgebed en de avondmaaltijd en dat is
tevens het einde van de dag.
Dag 23 (woensdag):
Van koning Willem-Alexander tot br. Everardus
Net als de dinsdag heb ik de woensdag grotendeels besteed
aan het voorbereiden van mijn les. Want ja, dacht ik... ik heb de vraag
meegekregen met hen in gesprek te gaan over "hoe
het voor mij is als franciscaan in Nederland te leven...". En dat in
een uurtje. Maar toen ik aangaf dat dat misschien wat kort was, werden de
magisters alleen maar enthousiaster en zeiden dat ik de hele morgen (09:00 -
12:00 uur) kon pakken. Daarvan dacht ik dat het misschien het andere uiterste
zou zijn, maar goed.
Ik had namelijk zomaar het sterke idee dat ze geen idee
hebben van Nederland. Dus bedacht ik me, voordat we in gesprek kunnen moet ik over
drie dingen vertellen: Nederland, Nederlandse franciscanen en mijzelf. In het
klaslokaal had ik gezien dat er een beamer aanwezig was. Gelukkig! Ik kon dus
iets laten zien. (Overigens staken mijn laptop en de beamer wat gek af tegen het
verder simpel ingerichte klaslokaal.)
Het leslokaal (1) |
Het leslokaal (2) |
Ik heb een simpele presentatie in elkaar gedraaid. Met eerst
wat info over mijzelf. Toen Nederland en ten slotte de franciscanen. Daarbij
heb ik gebruik gemaakt van drie filmpjes: ééntje over Nederland, het filmpje
voor onze provincie voor ons generaal kapittel van enkele jaren terug en het
filmpje over de communiteit van Megen. Over die laatste twijfelde ik. Die is in
het Nederlands en de automatische vertaling is niet geweldig... zo
"denkt" de ondertiteling dat Theo zegt "ons leven heet
vitamine" (in plaats van Vita Mixta) en zou ik zeggen "hoe minder je
hebt, daardoor kun je de opening zijn voor de mensen en voor God" (in
plaats van "des te opener kun jezelf stellen voor de mensen en voor
God". Toen een van de novicen - ik geloof br. Jacob - maar vroeg wat we
gingen doen en ik vertelde dat ik twijfelde over dit filmpje, wilde hij hem
toch heel graag zien. Dus ook die kwam er in.
Hier trouwens de drie linkjes naar de filmpjes...
Over die eerste. Ik heb me suf gezocht naar een leuke, korte
introductie op Nederland, maar dat was nog lastig... deze vond ik nog het minst
erge, hoewel het beloofd over Nederland te gaan maar het wordt in eens wel heel
Amsterdams. Nou ja. Die laatste twee zijn aanmerkelijk beter... met heel veel
dank dus nogmaals aan Emy Jansons!
India ten opzichte van Europa... |
Het is uiteindelijk een presentatie geworden waarin koning
Willem-Alexander langs kwam, maar ook br. Everardus, de huidige broeders van
Megen, premier Rutte, koningin Máxima natuurlijk (we hebben een katholieke
koningin!!), ikzelf, de provinciaal... etc. etc.. en wat feitjes en cijfers. Ik
vond ook nog een mooi kaartje van India dat ze op ware grootte op Europa hadden
geplakt. De wereldkaart zien we namelijk doorgaans in 'Mercatorprojectie'
waardoor we de gebieden rond de Noord- en Zuidpool flink oprekken, waardoor de
gebieden rond de evenaar in eens heel klein lijken.
Nou ja, het werd een erg divers verhaal dus en dat allemaal
in een driekwartier...
Daarmee was de dag zo weer om. Br. Felix (of was het nou
Pradeep of Anthony???), in ieder geval een novice en één van drie
gastenbroeders - sprak me aan: of ik nog wat nodig had... (nee) of ik het nog
maar mijn zin had. Zeker wel! Ik vertelde - en dat is ook echt zo - dat ik
vanaf het eerste moment hier dacht... wauw, wat een fijne plek; hier zou ik wel
kunnen wonden. Waarop direct zijn antwoord was "o, je mag wel veel langer
blijven, hoor!" Ik geloof niet dat
jullie daar in Nederland blij van zouden worden :-D.
Daarna kwam het avondgebed, avondeten... overigens heeft de
refter hier een traditionele opstelling: één tafel langs de achterwand en aan
beide lange kanten (nou ja, 't is maar een kleine refter) ook een tafel. De
magisters en de gasten zitten aan de achtertafel en novicen aan de beide andere
tafels. Ik krijg er elke keer een Harry Potter gevoel van. Ik heb zo ongeveer
een vaste plek, waardoor ik - voor de Harry Potterkenners onder ons - zo
ongeveer de plekken (we zijn met minder) de plekken van Hagrid, Trelawney
(Zwamdrift) en Snape (Sneep) heb. Ik voel me af en toe wel een beetje een
combinatie van dit trio hier 😉.
Dag 24 (donderdag): Back in the habit
Deze ochtend was het zover: mijn les. Maar eerst hadden we
nog de mis waarin fr. Charles voor ging en hij in zijn preek echt in gesprek
ging met de novicen en de aspiranten (of ze de duivel wel eens hadden gezien? -
Nee dus. "Wacht maar tot je les hebt van mij", fluisterde ik de
novicen zachtjes toe. Lachen natuurlijk - wat ze sowieso al deden in deze
viering. En er was aandacht voor Internationale Vrouwendag. Sommige van jullie
hebben mijn bericht (naar aanleiding van de vraag van Facebook) erover wel
gezien (enne... ik weet hoe gevaarlijk dit bericht is, want je vergeet altijd
mensen te noemen die je wel moet noemen; tot 'verdrietig' reacties aan toe...
ik denk dat je wel weet dat ik jou bedoel... sorry! Je hoort inderdaad wel heel
degelijk en met hoofdletters in het rijtje thuis, hoor [...]!!! Ik geloof dat
Clara mij meteen geholpen heeft vandaag, maar dat komt zo.
Maar toen dus mijn les. Ik had inmiddels begrepen dat ook
Jan ter Maat een les had gegeven, maar dat die les vooral ging over de vorming
van de broeders in Nederland. Tja, daar stond ik dan weer terug in mijn oude
rol... als leraar. Back in the habit...
al heb ik mijn habit (pij) er niet
speciaal voor aangetrokken - ik had hem al aan en nog steeds trouwens - zoals
Sr. Mary Clarence/Whoopi Goldberg.
Ruim op tijd waren tien van de twaalf aanwezig. Of dertien,
want Michael zou ook komen. Toen was het een doodnormale klas... lol trappen,
kletsen. Maar... vanaf het moment dat ik begon: keurig met de aandacht erbij,
aantekeningen makend, goede vragen stellend. Wauw!
Na een korte introductie op mijzelf - waarbij ik ook een
foto van mijn ouders en mijn broer heb laten zien - en de opmerking dat ze mij
alles mochten vragen en dat er geen "domme" antwoorden waren op
vragen die ik stelde, stelde ik de eerste vraag: wat weten ze van Nederland? (Daarbij
zei ik dat ze alles mochten roepen, niet dat iets fout is - ja, oké als ze
zouden zegen dat New Delhi de hoofdstad van Nederland was... waarop e hard moesten
lachen. Met wat hulp kwam er wel wat op het bord te staan. "onze
moederprovincie", "Amsterdam" (tja, die had ik al genoemd...),
voetbal, Europa... Dat was eigenlijk al meer dan ik verwacht had!
Op het kaartje van Europa van vroeg of ze nu het goede land
konden aanwijzen. Poging één (van Michael, die op de wereldkaart achter zich
keek): Polen (Poland; die verwarring Holland - Poland is niet nieuw). Daarna
begonnen de novicen: Litouwen, Letland, Kaliningrad (het stukje Rusland bij
Polen. Toen "greep" één van de twee oudste novicen in (er zijn er
twee wat ouder, die hebben al gestudeerd): "ja, euh, boven België."
Waarop mijn antwoord was: "En waar ligt België dan?" "Boven Frankrijk"
"En waar ligt Frankrijk? Hier?" (Ik wees expres Spanje aan). Nou ja,
na een 'hoger', 'hoger', 'hoger' kwamen we in Nederland. Ik vergelijk daarna
Nederland met de Indiase deelstaat Haryana (één van de kleintjes, maar qua
oppervlak het dichtst bij Nederland - al is het nog 4000 km2
groter!)
Deze foto kon natuurlijk niet ontbreken... |
Daarna heb ik heel leuk kunnen vertellen over Nederland en
de filmpjes kunnen laten zien. Ze vonden het heel interessant. Daarna ben ik
voor hen gaan zitten en de vragen laten komen. Nou, nou. Dat waren vragen van
niveau: "wat betekent 'arm zijn' in Nederland?", "mogen jullie
je gang gaan of hebben jullie tegenwerking van de overheid", "waarom
is er (mijn correctie: was er lang geleden) oorlog tussen protestanten en
katholieken?", "Hoe is de relatie nu dan?"
Omdat ik dacht dat ik al vreselijk over de tijd heen was,
sloot ik de les af. Wat nogal dubbele gevoelens bij de novicen gaf: lekker een
half uurtje vrij, maar ook jammer want ze hadden nog wel door willen gaan. Nou,
daarmee was mijn missie wel geslaagd.
Overigens was mijn laatste vraag... "Nederland is nog
op zoek naar Indiase broeders. Wie wil er mee?" Ja, daar voelde een aantal
wel wat voor!
Met br. Andrew (één van de oudere novicen) heb ik daarna nog
een tijdje nagepraat. Hij had nog meer vragen. Waarom er bij ons broeders waren
die kookten en de was deden? En vooral dat laatste: de vorige provinciaal, de
huidige secretaris van vorming en studie doe die da was???? Maar ook hele
andersoortige vragen: wat ik van de Regel van Franciscus vond, hoe het klooster
in Megen eruit zag (euhm, dat heb je net 10 minuten lang gezien 😜 en wat ik
van India en het klooster van Palmaner vond. En op eens kwam de vraag:
"wat is het belangrijkste advies dat je mij/ons wil meegeven?" Nu 1/2
seconde 'o jee, wat moet ik hier nou op zeggen', stuurde Clara haar antwoord
omlaag - dat moest haast wel, want het schoot me zo snel te binnen... De tekst
uit haar (derde?) brief aan Agnes van Praag (maar niet helemaal letterlijk):
"kijk steeds terug naar je begin!" Er zullen momenten zijn dat je het
moeilijk hebt, dat blijft, maar kijk steeds terug naar je begin: waarom wilde
ik dit leven ook al weer!" Zijn gezicht klaarde een heel stuk op. Ten
eerste om mijn (zijn woorden, ik schuif deze eer volledig door naar Clara)
mooie advies, maar vooral ook het feit dat ik Clara citeerde: een franciscaanse
bron. Ik vroeg hem daarna ook wat zijn reden was om in te treden en wat hij in
de orde wilde doen. Hij wil graag zich wetenschappelijk verdiepen in de
franciscaanse spiritualiteit en daarin onderzoek doen. Kijk eens aan, dacht ik,
een Theo Zweerman in de dop! Dat verklaarde ook waarom hij zou enthousiast
reageerde: een franciscaans antwoord
en (zei hij) de jongere novicen zoeken nog wel eens zijn steun. En hij geeft ze
heel vaak dit als antwoord! Hij was dus heel blij met mijn bevestiging van zijn
antwoord.
Nog twee dingetjes over Clara... het valt me op hoe zeer ze
hier náást Franciscus wordt gezet: heel veel beden zijn "dat wij net als
onze vader Franciscus en onze moeder Clara..." én ze wordt hier gevierd
als hoogfeest (het hoogfeest van onze moeder Clara). Zo zou het bij ons ook
moeten zijn, vind ik.
Prof. Trelawney/Zwamdrift |
Na het middaggebed en het middageten (waarbij ik de
karnemelk aanzag voor yoghurt en op mijn bord deed - oké, ik ben definitief
prof. Trelawney/Zwamdrift) en de middagrust gingen we wandelen (de novicen,
Michael en ik).
Tja, dat hier de stroom soms uitvalt verbaasd me niet... |
Uit wandelen.... |
Hier woont br. Peters opa dus... niet! |
De winkel waar ik mijn kabel kocht... |
In de bieb... interessant hoor, een krant in Telagu :-) |
De oudste tempel.... |
De oudste moskee... |
Br. Marianus... het H. Bruurke van Palmaner... |
Dat ging in twee groepen en (sorry hoor! Hij is ontzettend
aardig, daar niet van) ik zat bij Michael in de groep en ja... veel gesprek heb
je dan niet. Hooguit novicen die je in de maling nemen (hem dan). Zo liepen we
langs een kast van een huis "hier woont m'n opa", aldus br. Wilson.
Michael trapt daar natuurlijk in...
We gingen langs de parochiekerk (St. Louis - het terrein en
de mogelijkheid een parochie te stichtten is de broeders in de jaren '50
verleend door de aartsbisschop van Madras-Myrapole: mgr. Louis. Vandaar dat
Koning Lodewijk de negende de patroon is - want natuurlijk heel toevallig - is
dat een franciscaanse heilige). Die is wel van de broeders, maar ligt meer in
het stadje. Nu begreep ik waarom ik een van de broeders, fr. Chinna - wiens
naam ik op de postvakjes had gezien - nog niet had gezien en enkele broeders
slechts sporadisch. Chinna is de pastoor en woont - net als de broeders die
geen magister, gardiaan of vicaris zijns - op de pastorie. Aha. Helaas was
Chinna net aan het emmeren (ja, hoe moet ik dat noemen: je kan niet zeggen
douchen of een bad nemen...), dus zagen we hem niet. Maar Charles was er en de
huishoudster en die ontvingen ons vriendelijk met zoutjes. De novicen aten
alsof ze in geen weken wat gehad hadden. Ik moest daar om lachen. Maar toen
kwam de verklaring: ze mogen geen zoutjes of koekjes eten want het is
vastentijd... en nu werden ze in eens van "ondeugende" fr. Charles overspoeld
met zoutjes. Ik heb plechtig beloofd niks te zeggen (dus Sekar, niet stiekem de
novicemeester bellen, nou hè 😜).
Daarna zijn even langs een winkel gegaan. Ik moest namelijk
een nieuw kabeltje hebben voor mijn telefoon: de oude was (met een val van mijn
telefoon - dus ik heb nog geluk gehad) kapot gegaan en nou laadde mijn telefoon
niet meer op. Ik was al bang dat in dit "hele kleine stadje" (zoals
de broeders zeggen) van ruim 50.000 inwoners daar niet aan te komen was. Maar
jawel... er waren twee opties de "dure" en de "goedkope"
winkel. Omdat we voor die eerste stonden koos ik gewoon daarvoor. Tot grote
verbazing van de novicen... "als het te duur is, gaan we gewoon naar die
andere!" Het kabeltje kostte 150 rupees - €1,85. De novicen vonden dat
duur. En ja, dat zal het voor Indiase begrippen ook wel zijn. Dus ik kocht hem
wel een beetje met een dubbel gevoel... ik kom hier even de rijke Europeaan
uithangen...
Daarna hebben we nog de markt bezocht, kwamen langs de
oudste hindoetempel en de oudste moskee van de stad en daarna bezochten we de
bibliotheek. Voor het eerst van mijn leven een openbare bibliotheek bezocht
waar je je schoenen moet uittrekken. Ik zag me voor me dat dit in Nederland zou
moeten :-D. Tot veel plezier van br. Peter pakte ik een lokale krant in het
Telugu en bladerde er door: zijn naamgenoot "leest" de krant in mijn
moedertaal! Dat moest op de foto. Daarna liepen we weer terug naar het
klooster. Een mooie wandeling. Onderweg hadden de broeders nog wat vragen over
Nederland. Hoelang zouden wij erover doen de pastorie te bouwen (een betonklomp
met een etage en een dakterras). Na even schatten zei ik: "een maand, anderhalve
maand maximaal". Dat is echt belachelijk snel voor hen.
Vlakbij de ingang van het klooster hangt een wereldkaart. De
novicen wilde eens checken of Michael Nederland nog kon aanwezen. En weer...
wees hij naar Polen. Nee! Ze stonden te dringen om Nederland aan te wijzen voor
hem. Waarop Michael zich omdraaide... dus jij komt niet uit Polen? Nope. Hij
kwam terug op ons allereerste gesprek WK Voetbal 2002 in Zuid-Korea. We hadden
volledig langs elkaar heen gepraat: Michael had over een Poolse keeper
gesproken en ik had echt gedacht dat hij het over Guus Hiddink had... die toen
Zuid-Korea's trainer was...
Na het avondgebed bleek dat de magisters en de novicen
gescheiden eten op donderdag "omdat het eten dan voor ons uitgebreider
is". De novicen in de refter en wij in de recreatiekamer. En inderdaad: er
was soep. Het was me al opgevallen dat er vaker verschil in het eten zat (zij
rijst, wij chipati's (wraps)). Ik houd niet van zulke dingen, maar oké... Ondertussen
wilde ze wel eens weten wat het gemiddelde salaris van bepaalde beroepen. Zelfs
als basisschooljuf zou je hier tot de superrijken behoren met zo een salaris.
Waarop ik wel terug zei dat de prijzen ook wel een keer of 8 hoger liggen in
Nederland (op de weg naar Palmaner hadden we vier kopjes thee voor 50 rupees (€0,65);
zie ook het kabeltje). Waarop het antwoord was: "zie je wel! Dubbel
geluk... als Indiërs naar Nederland komen is alles onbetaalbaar duur en als
Nederlanders naar India komen is alles spotgoedkoop." Euh ja. Daar kon ik
niks op zeggen. Daarna volgt een recreatie, maar de broeders zagen dat ik moe
was (het was net 20:30 uur) en stuurde mij naar bed. Gelukkig. Het was een
volle, vermoeiende, maar geslaagde dag.
Dag 25 (vrijdag): een
start.
Inmiddels is het dag 25. Daarover kan ik niet nog veel
zeggen. Tot nog toe (12:00 uur) heb ik alleen nog maar aan mijn blog gewerkt en bij de koffie over de provincie gesproken.
De
broeders zijn er van overtuigd dat hun eenvoudige levensstijl (zoals geen privé-,
maar gezamenlijk gebruikte doucheruimtes - de gastenkamers nu uitgezonderd) als broeders te danken is aan de Nederlanders.
Als er Duitsers, Fransen, Amerikanen of Italianen waren gekomen, dan zag hun
leven er vast anders uit. Ze kijken daarbij bijvoorbeeld naar de conventuelen.
Die kwamen vanuit Amerika en bouwden huizen met zwembad! Voor hen normaal, maar
de Indiërs spraken er schande van. Het werkte dan ook niet. Nee, de Indiërs
zijn trots op hun moederprovincie (en wij op onze dochter!)
Wel is het minder rozengeur en maneschijn dan het lijkt, qua
intreden. Van de 100 aspiranten worden er misschien maar 5 echt broeder. En dat
er nu 12 novicen zijn, is ook geen garantie. Ik snap het wel, ze zijn allemaal
zoveel jonger (zeker de jongste aspiranten, die zijn 15 jaar). Dan ben je echt
nog niet in staat een echte keuze te maken. Dat klopt, zeiden ze. Maar vele aspiranten
komen ook omdat ze weten dat ze een goede opleiding krijgen, maar willen
helemaal geen broeder worden. Op zich pikken ze die er wel gauw tussen uit
(andere leefstijl, totaal geen motivatie om de gemeenschappelijke taal te
leren; hoewel dat laatst ook wel voor enkelen geld die wèl broeder willen
worden - die willen goed werk doen in hun eigen taalgebied. Op zich prima, maar
ja, een gemeenschappelijk taal in een provincie is wel een must - en
trouwens... in een wereldwijde orde al helemaal...) Het is wel een probleem
voor de provincie: de vorming kost eigenlijk te veel. En in deze regio, waar de
weinige katholieken (die wonen vooral in de grote steden) eerder tot de armere
bewoners behoren, kunnen de mensen niet financieel helpen; ze hebben juist hulp
nodig...
Mijn teksten blijven maar groeien, maar ik begrijp uit
jullie reacties dat jullie dat niet erg vinden. Gelukkig maar!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten