vrijdag 16 maart 2018

Dag 31 en 32: Back in Bengaluru en alvast een blikje in de toekomst (op dag 33)





Sneller dan gebruikelijk kom ik met een nieuwe blogtekst, de tijd dringt hier een klein beetje en om me goed voor te kunnen bereiden (lees: inpakken) op het volgende stukje van mijn reis nu al deze bijdrage. Mijn vorige blogtekst eindigde ik met mijn terugkomst in Bengaluru en de opmerking dat ik nog graag naar Peravoor wilde, maar dat nog niet helemaal duidelijk was of en wanneer dit zou lukken.

Dag 31 (donderdag): Een rustdag maar met een opmerkelijke verandering hier in Bengaluru
De vijver
De dag of dagen tussen mijn reizen naar Palmaner en Peravoor zou ik gebruiken om uit te rusten en wat kleding te wassen. Zo gezegd, zo gedaan.  's Ochtends stond ik na het ontbijt met Anand en Matthew (Matt) naar de vijver in de tuin te kijken. Die was gisteravond bijgevuld. Het water klotste nu over de rand... onze conclusie... als je nou van je vissen af wil (er deed er namelijk één een 'uitbraakpoging'. Overigens hadden we met dit warme weer wel zin in zwemmen... dus deden Matthew en ik een poging Anand er in te duwen. Anand wilde wel heel graag, dus ik was uiteindelijk meer aan het tegenhouden dan aan het duwen...

Opvallend was dat in de loop van de middag de vijver al weer op zijn oude niveau stond... zoals op deze foto, van één van mijn eerste dagen hier.





Sekar had een klein verzoek aan mij: zou ik Michael The Bread Centre kunnen laten zien? Zeker! Dan zou ik gelijk de zes medewerkers weer even kunnen begroeten. Graag had ik dat rond een uurtje of 10 gedaan, dan is The Bread Centre vol op in bedrijf en is er het meeste te zien. Maar precies om die tijd zouden Sekar en Michael het verdere verloop van Michaels reis bespreken (zijn volgende bezoek gaat naar Chennai; onze wegen scheiden zich straks dus weer). We konden dus pas na de koffiepauze (ca. 10:45 uur) richting The Bread Centre. Het eerste was me opviel toen we binnenkwamen: het kantoortje was dicht. Vreemd. Dat zou betekenen dat 'the capitain' (zoals de vrijwilligers hem noemen) Lawrence zelf bezig was met het snijden of koken. Dat verwonderde me al. Ik nam daardoor in de gang de linkerdeur (de opslagruimte van de potten, de pannen en de borden) en nadat ik deze had laten zien, liep ik door de andere deur in de ruimte in de kookkeuken uit te komen. Daar zag ik meteen: andere dames! En... Lawrence die zelf in een pan stond te roeren. Daar stopte hij meteen mee en begroette mij hartelijk. Ik stelde Michael voor. Daarop zei hij weinig tijd te hebben... en hij vertelde dat de drie dames die in The Bread Centre werkten afgelopen zaterdag na het ontvangen van hun loon alle drie tegelijkertijd, zonder opgaaf van redenen waren opgestapt. Nu moet ik zeggen dat ik wel had gezien dat hij de dames op zaterdag iets toestopte, maar het was telkens één briefje per persoon en afgaande op hoe goed ik de Rupees nu herken... kan dat nooit meer zijn geweest dan 100 Rupee  (€1,24) en dat voor 32 uur werk in de week.  En als ik me wèl vergis en het was 2000 Rupee (het hoogste briefje), is dat nog geen vetpot (€25, -). Enfin. Lawrence vermoedt dat ze een baan ergens in een fabriek hebben gevonden. Nadat hij en de twee andere mannen (die wel 'echt' vrijwilliger zijn; ze zijn dan ook 71, 71 en 75 jaar en "genieten" van hun pensioen) op zondag met het handen in het haar hadden gezeten en daarna op dinsdag en woensdag de handen uit de mouwen hadden gestoken en er alleen voor gestaan hadden, waren er op woensdag drie nieuwe dames begonnen.

Diegenen onder jullie die mij op Facebook volgen, hebben wellicht gezien dat ik de "oude" dames nog een eervolle vermelding op mijn Internationale Vrouwendag post had gegeven. Juist. Aan de ene kant kun je zeggen... het heeft ze geholpen, want ze hebben nu vast een beter betaalde baan aan de andere kant... nou ja. Wie mij een beetje kent, weet dat ik niet veranderingen houd. Laat alles maar blijven zoals het is. Ik raak er lichtelijk van van slag.  Nou ja. Natuurlijk... na op de kop af 30 jaar hier op onze zuster moeder aarde, weet ik heus wel dat veranderingen erbij horen. En dat is maar goed ook, anders liepen we nog allemaal in berenvellen en met knuppels rond te banjeren. Maar goed. Ik houd er niet van... 

Overigens wisten de broeders in het provincialaat nog van niks. Maar aan hun reactie te merken, verbaasde het hen ook niet...

Ik schreef enkele dagen terug op mijn blog dat er hier in Bengaluru vooral duiven te zien waren. Ook dat is veranderd - tot verbazing van verschillenden hier. De duiven zijn verjaagd door kraaien! En wel van die kraaien op het formaat zoals ik in dezelfde blogtekst beschreef: maatje meeuw. Brr, wat een griezels.

Een groot deel van de dag heb ik echt gerust: muziek geluisterd, boek gelezen... Ik schreef al eerder kort over dit boek. Waar ik het eerste boek (Les Misèrables) wat vergeleek met India, kan ik dit boek (De geschiedenis van de steen, de fluit en dat is nog niet alles), waarin de hoofdpersoon Spitsoor door een fantasiewereld reist en zo zichzelf, zijn afkomst en zijn toekomst steeds beter leert kennen, dan weer vergelijken met mijzelf. Dat is toch grappig: twee boeken en beide hebben "invloed" op mijn reis. Maar misschien alleen maar logisch, omdat ik ze in deze context lees.

Ondertussen was het avond geworden. Ik lag met mijn rug naar het raam op mijn bed te lezen, toen ik op eens een bekend geluid hoorde... Nee, dacht ik... dat kan toch niet? Maar ja, wel hoor: regen! Het zachte buitje werd een hoosbui met onweer. Een flinke bui die minstens een uur duurde. Je zag de tuin en naar snakken. Ik hoop vurig dat de bui ook over Palmaner is getrokken... voor de broeders, de bewoners en bovenal boer Stanley, maar... ik heb me laten vertellen door meerderen hier dat het helaas ijdele hoop is.... en toch, stiekem... de wonderen zijn de wereld nog niet uit.




Rond de tijd van de regenbui kwam er een app'je van Sekar binnen. Zaterdag om ongeveer 11:45 uur zet hij me op de bus naar Irrity, daar pikken de broeders uit Peravoor me op. Ik heb gelijk met hem afgesproken dat ik dan op vrijdag de 23e weer terugkeer. Ik ben er dan maar "echt" (d.w.z de reisdagen niet meetellend) 5 dagen, maar om nou op de 24e terug te keren, bij wijzen van spreken een uurtje te hebben om mijn koffer te pakken en naar het vliegveld te racen voor een nachtvlucht, leek me niet zo handig... terugdenkend aan mijn heenreis en de gevolgen.

Ik had nog wat Messengercontact met Anand. Als ik namelijk op zaterdag zou gaan (en niet op vrijdag), zouden we vrijdag nog wat gaan doen samen. Daarover meer bij morgen.

Dag 32 (vrijdag): Afscheid van Anand
Dat is nu dus. Anand zou vandaag zijn laatste tentamen (ethiek) hebben en ik had met hem DVK-chapel (Dharmaram Vidya Kshetram Chapel) als je me niet ziet"). Euhm, juist ja. De universiteit was linksaf en dan alleen maar rechtdoor... maar die kapel. Gelukkig wist Google Maps hem te vinden. Toch bleek het achteraf niet nodig. Anand pikte me op bij het hek. Dit keer kon hij de universiteit met wat meer bedrijvigheid laten zien, dan de eerste keer dat we er waren. We aten samen een gefrituurde snack en dronken een vruchtensap en liepen via de stad weer terug. Tot mijn verbazing, maar vooral vreugde, kreeg ik hem zover dat ik mocht betalen. We vierden namelijk een beetje dat zijn vakantie was begonnen. We bekeken met name het 'vogelplein'. Deze foto's zijn vandaar. Is het me toch nog gelukt vogels hier te fotograferen!

Duifie...

Parkieten (wat maken die een kabaal, zeg 😜)

Een gans....

Het is nu iets drukker op de universiteit dan de vorige keer...
afgesproken om hem daarna bij de poort van het univerisiteitsterrein ("of de

Hij vertelde onderweg dat Michael op zijn eeuwige professie zou zijn. Was ik al lichtelijk jaloers omdat hij op de tijdelijke geloften van de novicen zou zijn, nou ben ik echt jaloers. Aan de andere kant: beide feesten zijn in mei... de heetste maand hier. Ik zou als plasje aanwezig zijn..., maar toch! Ik blijf hier maar roepen dat ik dan een live stream wil 😜.

We waren precies op tijd voor de lunch bij het klooster terug, omdat ik gezegd had, dat ik niet bij de lunch zou zijn in het provincialaat (ik dacht dat Anand en ik langer weg zouden blijven), at ik mee met de broedersstudenten. Daarop spraken Anand en ik af dat we vanavond nog wat zouden gaan doen. Ik hoop echt dat dit lukt (er is weer regen voorspelt), want ik besef me goed dat dit de laatste kans is. Van alles en iedereen hier is Anand wel degene die ik het meest ga missen... (Sekar natuurlijk ook, maar die missen we al bijna 4 jaar...!). Anand mijn bijna leeftijdsgenootje (we schelen drie maanden en hij legt ook drie maanden voor mij zijn eeuwige geloften had), mijn gids hier, mijn bro, mijn buddy. Gelukkig kan ik met hem wel Facebookcontact houden (in tegenstelling tot de novicen). Ik ben nog steeds op hem aan het inpraten om hem naar Nederland te krijgen en warempel.... hij staat daar steeds meer voor open. Dat lijkt me echt geweldig!

Onderweg naar onze kamers vroeg ik hem wat hij in de middag ging doen. Dat wist hij nog niet... leren was niet meer nodig. Ik maakte de grap... Nederlands leren? "Daarvoor ga jij iets te snel naar Peravoor!", zei hij. "Maar John Sekar is er nog!" "Spreekt die dan goed Nederlands?" "Zeker wel". Toen kwam er een oudere broeder aan die... warempel Nederlands tegen me begon te spreken, nadat hij (in het Engels uiteraard) aan Anand had gevraagd of hij mij al vertelt had, waarom hij Anand heette. Omdat dit antwoord "nee" was, begon hij mij in het Nederlands te vertellen waarom Anand "Anand" (de geluksbrenger, de lachende) betekende. Ik vond dat een beetje dubbel... aan de ene kant vond ik het grappig met de broeder Nederlands te spreken (hij heeft in Leuven gestudeerd en kent met name Wim Pot goed), aan de andere kant vond ik het verre van netjes richting Anand. Die stond er dan ook nogal beteuterd bij. Van zijn eeuwige glimlach (die blijkbaar heel toepasselijk is), was niks mee over. Maar op eens... begreep hij enkele dingen. "Zie je nou wel", zei ik, "als je eenmaal Engels kent is Nederlands niet zo heel moeilijk meer". Daarop gingen onze drie wegen uit elkaar en ik bedacht me dat deze oudere broeder de zoveelste broeder op rij was die wel mij naar mijn naam had gevraagd, maar zichzelf compleet niet voor gesteld had... Hoe vaak ik hier al niet via omwegen iemands naam heb moeten uitvinden: wachten tot hij werd aangesproken, speuren op Facebook. "je kan het ook vragen", zul je denken. Jawel... maar dan moet je toch eerst de persoon in kwestie - die denkt dat je elkaar al lang en breed kent - moeten aanspreken, maar zonder naam... is de vraag hoe. "Father" of "Brother" is een beetje lastig als je er door meerderen omringt bent... is zo'n 'schot hagel'.

In ieder geval. Na een rustpauze (waarin vooral veel gelezen heb), heb ik deze blog geschreven. Na de theetijd maakte ik hem af. Daarna ga alvast mijn tas in en ga voor de laatste keer met Anand de stad "onveilig" maken. Inmiddels weet ik dat we morgen om 10:45 uur richting de bushalte vertrekken.

Morgen vertrek ik dus naar Peravoor. Het volgende bericht zal als het goed is van daar komen. Nog maar een dikke week (8,5 dag) ben ik in India en toch staat er nog een hele nieuwe plek te bezoeken. Bijzonder vind ik daarbij dat ik na Karnataka (Bengaluru), Tamil Nadu (Chennai) en Andra Pradesh (Palmaner) nu de vierde staat (Kerala) ga bezoeken: de vier Indiase staten waarover de provincie zich uitstrekt (de rest van India bestaat uit de custodie, de fundatie en het 'niet door franciscanen bewoonde deel'). Ik ben benieuwd. Allereerst of ik morgen bij de goede halte uitstap... 😁

Irrity is namelijk niet de eindhalte....

Sekar heeft beloofd de conducteur goed te instrueren waar ik moet uitstappen. Maar voor je het weet eindig ik toch nog in Kolkata (al is dat compleet de andere kant op...; nou ja. Dan ga ik gezellig moeder Theresa opzoeken...) De complete reis - deur tot drempel - moet een 7,5 uur zijn denk ik. Dat is nog helemaal niks. Eén van de novicen, br. Leo Max, komt uit het noordoosten. Áls ik daar naar toe had gegaan, had ik gevlogen. Dat zou hij als novice nooit mogen. Hij mag sowieso niet. Maar áls hij had gemogen, dan had hij 3 dagen met de trein onder weg geweest. Volgend jaar, na het eerste junioraatsjaar, mag hij wèl, maar dan zit hij dus nog een dag reizen verder naar het zuiden. 4 dagen reizen. Ben ik blij dat Megen en Beverwijk maar 3 uur reizen met het OV (en 1,5 uur met de auto) uit elkaar liggen... Vergelijk: van Peravoor naar het noordoosten (Guwahati, de grootste stad) is 62 uur met de auto. Dat is... van Beverwijk naar het Russische Jekaterinenburg, net voorbij de Oeral dus... Oké... dat is met name omdat het Europese verkeer sneller is, maar toch qua tijd komt het overeen. Als je uit gaat van enkel het aantal kilometers dan is het nog 400 km voorbij Moskou.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten